Morele Stress

Image

Morele stress ontstaat wanneer

de zorgverlener zich bewust wordt

van een kloof tussen de eigen visie en belangrijke

waarden in de realiteit of de praktijk

OORZAKEN

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Morele stress en onvermijdelijk in zorgsettings omwille van de specifieke context. Zorg is een relationeel gegeven, en zo ook morele stress. Zorgverleners bevinden zich bij uitstek in een omgeving waar ethische aspecten een rol spelen: pijn, lijden, waardigheid, dilemma’s.

Morele stress ontstaat wanneer de zorgverlener zich bewust wordt van een kloof tussen de eigen visie en belangrijke waarden en de realiteit of de praktijk.


Morele competentie volgens Karssing

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Hoe morele stress ontstaat, wordt duidelijk via het volgende schema over ‘morele competentie’ (Karssing, 2000).

Een eerste stap naar morele competentie is oordelen. Een zorgverlener velt een oordeel over wat goede zorg is in een bepaalde situatie. Dit impliceert het nadenken over de eigen waarden, opvattingen en overtuigingen over goede zorg en de verantwoordelijkheden die daarbij komen kijken.

Omdat de zorgverlener zich betrokken voelt, wil hij ook handelen naar dat oordeel, en hij brengt de goede zorg in de praktijk (doen). Een laatste element van morele competentie is de fase van terugkoppelen en verantwoorden. Een moreel competente zorgverlener informeert het team, kan zich verantwoorden voor de manier waarop hij handelt en is bereid om te reflecteren op het eigen handelen. Slechts door reflectie en uitwisseling met het team kan een zorgverlener groeien als professional en kan hij leren uit eventuele fouten.

Soms vraagt het echter lef of moed om te durven en kunnen handelen. De eigen twijfel, onzekerheid of bepaalde regels of normen binnen de organisatie, kunnen moreel handelen in de weg staan. Dit maakt dat de zorgverlener de fase van ‘doen’ niet bereikt. Dit veroorzaakt morele stress: de zorgverlener ervaart een kloof tussen wat hij beschouwt als goede zorg, de zorg die hij in de praktijk zou willen brengen, en hetgeen hij effectief doet.



Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

  • Op welke manier doe ik mijn werk goed (wat is goede zorg?)
  • Welke verantwoordelijkheden accepteer ik en tot waar lopen die?
  • Met welke rechten en belangen moet ik rekening houden?
  • Waarden, normen, opvattingen en overtuigingen + morele sensitiviteit
  • Bereid zijn om naar het eigen oordeel te handelen
  • Willen vereist morele betrokkenheid

 

 

 

 

  • Durven: Lef en moed zijn persoonskenmerken
  • Kunnen: Vertrouwen in eigen vaardigheden, vb. tact, wellevendheid
  • aanbotsen tegen eigen grenzen en mogelijkheden én die van de organisatie

 

 

  • in de praktijk brengen van het ‘ethische’/de goede zorg
  • zonder doen blijft ‘oordelen’ een theoretisch iets en is iemand in praktisch oogpunt niet moreel competent

 

 

 

  • integriteit als professional = bereid zijn om zich te verantwoorden voor de manier waarop men handelt
  • verantwoording kan ook gezien worden als: behoefte aan collegiaal beraad en commentaar, bereidheid om andere opvattingen over het gestelde gedrag ernstig te nemen; erkenning dat het eigen handelen minder aangewezen is dan de alternatieven die collega’s aanreiken
  • terugkoppelen is een onmisbaar element van morele competentie: zonder te leren van zijn ervaringen loopt de professional het risico zijn eigen fouten te herhalen + door terugkoppelen kunnen collega’s geïnformeerd worden

 

THEMAS

Verschillende thema’s of situaties kunnen morele stress opwekken, bijvoorbeeld lijden van de bewoner, fouten van collega’s, futiele (nutteloze) of net doorgedreven behandeling, het niet kunnen ingaan op een concrete wens van een bewoner….

Een vaak voorkomend thema van morele stress is de zorg die collega-zorgverleners verlenen. Zorgverleners ervaren namelijk niet enkel morele stress wanneer zijzelf niet kunnen handelen volgens hun waarden en visie op goede zorg, maar ook wanneer ze zien dat hun visie op goede zorg niet in de praktijk wordt gebracht door de anderen of door de organisatie in het algemeen (vb. je ziet een collega’s gebrekkige zorg verlenen, je staat als zorgverlener niet achter de visie van je organisatie of de visie van je organisatie is moeilijk in de praktijk te brengen, de dokter neemt een beslissing waar je absoluut niet mee akkoord bent, familie behandelt een bewoner slecht,…).

Hieronder wordt een overzicht opgelijst van thema’s die morele stress kunnen opwekken binnen de ouderenzorg.

Deze thema’s worden bevraagd in de situationele vragenlijst, een instrument dat werd ontwikkeld om triggers van morele stress te detecteren (thema’s, momenten en belemmeringen). (zie Instrumenten).